'We schreven geschiedenis, ik word er echt nog wekelijks aan herinnerd''

In het seizoen 1999/2000 bereikte SC Heerenveen de beste eindnotering ooit in de Eredivisie en plaatsten de Friezen zich zelfs voor de Champions League. Ronny Venema was in die jaren de vaste rechtsback van de Friezen. "We verkeerden in een soort roes", blikt Venema (43) in Voetbal International terug op dat bewuste seizoen.

"We hadden zó veel vertrouwen dat we ons vooraf niet afvroegen óf we gingen winnen, maar met hoeveel. Dat is niet arrogant bedoeld, maar puur op basis van vertrouwen. Een heel bijzonder gevoel. Bij PSV wonnen we met 0-1, dat was voor ons een bewijs dat we echt meededen. De grote clubs gingen nooit met een fijn gevoel naar Heerenveen, maar nu deden we het uit in een grote wedstrijd."

"Europees voetbal was het doel, daarna pas de Champions League", herinnert Venema zich. "De laatste drie wedstrijden moesten we nog tegen Cambuur, Den Bosch en De Graafschap. Toen kwam de druk. We moesten uitgerekend in Leeuwarden winnen zodat we thuis tegen Den Bosch aan een punt voldoende hadden. Dat lukte allebei. Het was een groots feest, een schitterende ontlading."

"We schreven geschiedenis, ik word er echt nog wekelijks aan herinnerd. Achteraf denk ik wel dat we er toen te weinig van genoten hebben met elkaar. Dat gold ook voor de Champions League het seizoen hierna. Het was bijzonder, dat hele circus eromheen, maar je bent wel gewoon bezig met presteren", stelt Venema, die zelf een relatief bescheiden rol had in het succes.

"Ik had Jeffrey Talan en Mika Nurmela voor me op rechts, ik moest de organisatie bewaken. Als ik óók nog zou gaan aanvallen, dan zou het niet goed gaan. Ik was geen speler die het zich enigszins kon veroorloven een tegenstander te onderschatten", besluit Venema, die in het laatste pouleduel tegen Valencia (1-1) nog trefzeker was.