Visser wijst naar SC Heerenveen: ''Een beetje op de weg terug''

PEC Zwolle staat na vier wedstrijden puntloos onderaan in de Eredivisie, maar de ambities zijn nog steeds hoog in de hoofdstad van Overijssel. Volgens het aangepaste beleidsplan is het doel rond 2026 te spelen tussen zes en negen.

PEC Zwolle moet daarvoor de strijd aan met clubs als FC Twente, FC Groningen en SC Heerenveen. "FC Twente is in de kern een grotere club dan PEC Zwolle, maar de afstand met Heerenveen en Groningen is kleiner dan je denkt", zegt PEC-voorzitter Adriaan Visser in gesprek met Voetbal International.

"Wij hebben een goedkoop stadion", legt de preses uit. "Scheelt een paar miljoen in kosten per jaar, waardoor wij een relatief hoog voetbalbudget hebben. Achter Twente zit een heel grote groep met wel tien clubs die in potentie allemaal redelijk vergelijkbaar zijn. NEC en Heracles Almelo horen daarbij, maar als we over de grenzen van de divisies heen kijken, eigenlijk ook NAC en De Graafschap."

Visser weet dat PEC Zwolle een inhaalslag moet maken. "Groningen en Heerenveen leiden die groep nu, maar het is geen vanzelfsprekendheid dat dit zo blijft. Zij hebben zich ooit ook ontwikkeld van Eerste Divisie-club naar subtopper. Nu zijn ze eerder een beetje op de weg terug. Dit soort processen duren lang."

Visser wijst ook naar FC Utrecht. "Frans van Seumeren is in 2008 begonnen bij FC Utrecht en er zijn vele jaren met teleurstellingen overheen gegaan voordat ze structureel bij de top-6 gingen behoren. Ik ben ervan overtuigd dat deze regio toch een club moet kunnen hebben die rond plek 8 bivakkeert", besluit hij.

In 12 jaar als PEC Zwolle-voorzitter was Adriaan Visser geen man van ­heilige huisjes. Ook niet in zijn laatste gesprek voordat hij afzwaait. ‘Als we zo doorgaan, is het gros van de Eredivisie straks alleen nog kanonnenvoer voor een paar topclubs.’ (PRO) https://t.co/BUZPgO3Wwv

— Voetbal International (@VI_nl) September 15, 2021