Beerens maakte als SC Heerenveen-speler debuut in Oranje: "Trots op"

Uiteindelijk leverde dat in augustus 2010 een plekje op in de selectie van het Nederlands Elftal. De rappe aanvaller debuteerde tegen Oekraïne en zat een jaar later opnieuw bij de selectie. "De eerste keer was net na het WK 2010, in een B-ploeg. Maar een jaar later zat ik nog eens op de bank, tegen Zwitserland, en mocht ik een kwartiertje meespelen tegen Duitsland", vertelt hij aan Voetbal International . "Dat was met alle grote jongens: Rafael van der Vaart, Wesley Sneijder, Robin van Persie, Mark van Bommel. Hun niveau had ik echt niet. Bij iemand als Sneijder zag alles er zo makkelijk uit, ook op de training", vervolgt Beerens. "Ik kon goed voetballen, maar miste snelheid op lange afstanden en had te weinig rendement", kijkt hij terug op zijn eigen carrière. "Maar ik gaf altijd gas, was bedrijvig. In de jeugd al. Ik wist dat ik niet de beste was, maar werkte wel het hardst. Op karakter ben ik nog een heel eind gekomen. Europees kampioen geworden met Jong Oranje, gevoetbald op de Olympische Spelen, twee interlands. Daar ben ik best trots op."